Gegeneraliseerde angst is toegevoegd aan uw winkelwagen | winkel verder
AP Angst en paniek

Gegeneraliseerde angst

Deze module is ontwikkeld voor mensen met een gegeneraliseerde angststoornis (GAS). In deze module leert de cliënt wat GAS is, hoe dit ontstaat en wat de cliënt hieraan kan doen. De cliënt brengt de piekergedachten in kaart en gaat aan de slag met verschillende strategieën voor het uitdagen van deze gedachten.Lees meer...
Gratis
Onderzoek samen met je cliënt verschillende strategieën tegen piekeren.
Henriëtta Dijkstra
Content Manager
Over de module

Onderzoek samen met je cliënt verschillende strategieën tegen piekeren.

DoelgroepJongvolwassenenVolwassenenOuderen
Auteur

Karify

ZorggebiedBasis GGZSpecialistische GGZ
Alle prijzen zijn inclusief btw
  • Beschrijving
  • Kenmerken
  • Opbouw

Deze module is ontwikkeld voor mensen met een gegeneraliseerde angststoornis (GAS). In deze module leert de cliënt wat GAS is, hoe dit ontstaat en wat de cliënt hieraan kan doen. De cliënt brengt de piekergedachten in kaart en gaat aan de slag met verschillende strategieën voor het uitdagen van deze gedachten.

  • Gebaseerd op CGT
  • Met een piekerregistratie
  • Biedt verschillende strategieën voor het uitdagen van piekergedachten

Deze module bestaat uit 6 sessies:

Sessie 1 ‘Wat is een gegeneraliseerde angststoornis?’
In de introductiesessie wordt uitgelegd wat een gegeneraliseerde angststoornis is, hoe het ontstaat en welke opvattingen dit in stand houdt. De cliënt leert wat hiertegen te doen is en maakt hiermee een start door het bijhouden van een piekerregistratie dagboek.

Sessie 2 ‘Negatieve opvattingen’
In de tweede sessie brengt de cliënt negatieve opvattingen over de onbeheersbaarheid en het gevaar van het piekeren in kaart en daagt deze op verschillende manieren uit. Zo gaat de cliënt aan de slag met het ‘piekeruitstelexperiment’, waarin hij of zij wordt uitgedaagd om het piekeren uit te stellen naar een vast tijdstip van de dag.

Sessie 3 ‘Positieve opvattingen’
In deze sessie benoemt de cliënt positieve opvattingen over piekeren, gaat na of het daadwerkelijk een helpende strategie is en kijkt hoe deze opvatting bijgesteld kunnen worden. Zo gaat de cliënt aan de slag met de ‘mismatchstrategie’, waarin wordt nagegaan of gemaakte voorspellingen daadwerkelijk uitkomen.

Sessie 4 ‘Andere strategieën’
De cliënt oefent in deze sessie kennis met verschillende strategieën tegen het piekeren. Hiermee ontdekt de cliënt wat het beste bij hem of haar past om terugval naar piekeren als strategie te voorkomen.

Sessie 5 ‘Vermijdings- en veiligheidsgedrag’
In deze sessie leert de cliënt wat vermijdings- en veiligheidsgedrag is, hoe dit gedrag ontstaat en dat dit op lange termijn de klachten in stand houdt of zelfs verergerd. Stapsgewijs wordt de cliënt aangemoedigd juist de situaties op te zoeken die spanning geven.

Sessie 6 ‘Afsluiting’
In de afsluitende sessie evalueert de cliënt hoe het piekeren gaat, wat goed gaat en waar hij of zij nog aan wil werken. Ook stelt de cliënt een terugvalpreventieplan op.